Terugblik regionaal congres ‘Passende BPV in Noord-Nederland’

Van chronisch depressief tot fysiek ongemak, van ouders in een vechtscheiding tot leven in armoede, heel wat studenten in het mbo kampen met forse tegenwind. In passend onderwijs kunnen zij rekenen op extra ondersteuning. Maar hoe doe je dat in een stage? Specialisten uit allerlei sectoren zochten donderdag samen naar een effectieve aanpak voor ‘passende bpv’. Eén gedachte kwam vaak boven drijven: spreek niet óver maar vooral mét de student, op zoek naar talent en wat wél past.

Hij werd geboren zonder armen. Dat is lastig. Maar Sander Gangabisoensingh (49) laat zich nergens van weerhouden. ‘Als ik ga wachten tot anderen ervoor zorgen dat mijn leven okay is, schiet het niet op’, stelde hij bij de start van de ochtend op de campus van - nu nog - Friesland College in Leeuwarden. Hij doet alles met zijn voeten, van schrijven tot eten. En hij werkt volop: ‘Of ik nou een computer bedien met mijn voeten of mijn neus, dat maakt niet uit. Kennis zit tussen mijn oren…’

Sander is een toonbeeld van zelfredzaamheid. Maar in een rollenspel met Menno Wierdsma, practor Duurzaam Denken Duurzaam Doen, werd ook snel zichtbaar hoe ongemakkelijk het voor anderen kan zijn om hier goed en respectvol mee om te gaan. Wat vraag je dan? Sander maakt zich niet druk. ‘Anders heb ik er nóg een probleem bij.’ Maar Menno merkte in zijn rol als medereiziger in een ‘treincoupé’ dat de balans tussen nieuwsgierigheid en respect heel lastig is.

Omgaan met verwachtingen
Heel wat studenten lopen fysiek of mentaal tegen hindernissen aan. Wat vertel je daarover, als je zoekt naar een goede stage? Wat mag je van school verwachten? En wat van een stagebedrijf? Een geslaagde bpv (beroepspraktijkvorming ) is essentieel in het mbo. Maar een stagebedrijf zal wellicht sneller de boot afhouden, als extra begeleiding nodig is. Hoe maak je studenten net zo zelfbewust en weerbaar als Sander? Dat was een belangrijke vraag in deze bijeenkomst van Firda - waarin Friesland College en ROC Friese Poort samengaan - met het Alfa-college (Groningen), Terra en Ingrado. 

De uitkomst van deze noordelijke bijeenkomst gaat mee naar een landelijk congres, dat zal gaan over passende maatregelen van het ministerie van onderwijs. En dat is hard nodig, stelde FC-studente Noa Hiemstra. Als eerstejaars slaagde zij er niet in om een passende stage te vinden voor haar opleiding styling design. Zij heeft last van chronische depressies. Daar liep het waarschijnlijk op vast, stelde zij. ‘Maar gelukkig heb ik vandaag gehoord dat er nog best mogelijkheden zijn om ’t anders op te lossen.’

Belang van openheid
Vanuit onderwijs, overheid en werkgevers kwam in de bijeenkomst veel expertise samen, die aan de hand van een aantal casussen in groepen werd uitgewisseld. Want er is veel om rekening mee te houden. Hoe realistisch moet je zijn, als het gaat om verwachtingen van een student? Hoe zorg je ervoor dat een student niet afhankelijk wordt van steun, maar vooral zichzelf leert redden? En wat is er mogelijk voor bijvoorbeeld een studente in haar laatste jaar, die door een fysieke beperking slechts 8 uren per week actief kan zijn voor school en stage?

Eén ding staat vast: alles staat en valt met openheid en goede gesprekken, met alle betrokkenen en zeker met de student. Maar het blijft zoeken. Dit is immers geen kwestie van ‘one size fits all’. Henrie Mastwijk, projectleider van Ingrado: ‘We zien overal dan ook een grote vraag naar kennis. Dus als het gaat om extra ondersteuning, dan zit hier zeker ook veel behoefte bij docenten en begeleiders. Ervaring samenbrengen, dat werkt dan altijd inspirerend.'