Traject Op Maat (TOM) is een initiatief in de gemeente Den Bosch waarbij jongeren worden begeleid naar een passende studie of werkplek. De deelnemers investeren zelf in hun proces en maken ook zelf de keuze wat goed is voor hun toekomst. Het team van TOM begeleidt hen daarbij op een open manier, met maatwerk. Dit doen ze met gemeentelijke jobcoaches en jongerenwerkers. Op dit moment zijn er ongeveer 45 deelnemers.
Coördinator Tom Peer kreeg vijftien jaar geleden de kans om TOM op te starten in de vorm van een vijfjarige pilot. De toenmalig wethouder jeugd gaf hem die ruimte. Jongeren tussen de 16 en 27 jaar zonder startkwalificatie kunnen zich aanmelden voor begeleiding, gericht op het proces naar een toekomstige opleiding of werk. Daarbij is het de bedoeling dat jongeren zelfredzaam worden
Verder komen
‘Deelname is bij ons vrijwillig, maar niet vrijblijvend’, vertelt Peer. ‘Dus we zeggen: als je geen zin hebt om hier te komen, hebben we liever dat je gewoon niet komt. We verwachten van jongeren dat ze hun best doen om verder te komen. Als een jongere die bereidheid onvoldoende heeft, wordt de begeleiding beëindigd.’ Dat betekent overigens niet dat dit voorgoed het geval is. Wanneer een jongere wel weer aan de slag wil, is hij of zij gewoon weer welkom. En de groei gaat soms heel gestaag. ‘Als een jongere eerst pas om 13.00 uur uit bed komt en dat is na een maand 10.30 uur geworden, dan is dat winst’, legt Peer uit. ‘Soms hebben mensen tijd nodig. Als iets jarenlang is opgebouwd, lukt afbouwen ook niet ineens.’
Jongeren melden zichzelf aan, worden door iemand aangemeld of komen in beeld doordat de gemeente ze actief benadert via RMC. Dat laatste was bij Merel (23) het geval. ‘Ik ontving een brief dat ik nog geen diploma had. Ik kreeg de optie om bij TOM te gaan kijken. Bij de rondleiding zag ik alle creatieve spullen en dacht: ‘hier wil ik elke dag zitten’. Dat gaf motivatie. Ik ben hier een jaar en had aanvankelijk geen flauw idee wat ik wilde. Ik wist niet of ik wilde werken of terug wilde naar school. Nu ben ik aangenomen bij een opleiding social work. In september ga ik dus terug naar school. Bij TOM heb ik een test gedaan waarin naar voren kwam wat ik leuk vind en waar mijn sterke en zwakke punten liggen. Dat is de basis geweest om te kiezen voor deze studie. TOM heeft me goed geholpen om een invulling te vinden voor mijn dag. Voordat ik hier kwam lag ik eigenlijk de hele dag in bed en had ik nergens zin in. Door de hele dag bij TOM te zitten en dat vol te houden heb ik veel energie gekregen.’
Aandacht en vertrouwen
Het geheim zit erin dat jongeren het bij TOM naar de zin moeten hebben en aandacht krijgen, waardoor vertrouwen en een wederkerige relatie wordt opgebouwd. Dat motiveert jongeren. ‘Door in te zetten op een plezierige dag, verkleinen we de ‘incubatietijd’’, legt Peer uit. ‘We merken vaak dat jongeren het in eerste instantie lastig vinden om te komen, maar vaak willen ze na een week niet meer thuisblijven. Niks doen en thuiszitten wil niemand, maar het is wel een vicieuze cirkel waar veel jongeren die hier komen in terecht zijn gekomen. Door het leuk te maken bouwen we aan een vertrouwensband. En dat vertrouwen helpt erbij dat jongeren een proces willen inzetten om dingen anders te gaan doen.’ De omslag maken met jongeren om over een toekomstdoel te denken is waar de professionals bij TOM de afgelopen vijftien jaar heel goed in zijn geworden.
Netwerk
Soms wordt de schakel gemaakt richting zorg. Bijvoorbeeld als blijkt dat een jongere na een half jaar stokt in het proces kan ervoor gekozen worden een externe partner aan te spreken. Peer: ‘Vanuit vertrouwen gaan we het gesprek aan met de jongere met de vraag of het een goed idee zou zijn om eens met een psycholoog te gaan praten. Het is logisch dat een jongere daarvan schrikt of defensief reageert.’ Een mogelijkheid is dan dat een verslavingsdeskundige of psycholoog tijdens de lunch zogenaamd bij toeval naast een jongere gaat zitten die hem nodig heeft. Op verschillende manieren kan een barrière om een stap te zetten verlaagd worden. Als de jongere uiteindelijk overstag gaat, gaat een begeleider vanuit TOM het liefst mee naar de eerste afspraak.
Programma
De jongeren volgen het dagprogramma op locatie, TOM’s place. Daarbij krijgen ze persoonlijke begeleiding. De duur van het traject is niet concreet gedefinieerd, het duurt zo lang als nodig is. Gemiddeld stroomt een jongere na ongeveer een half jaar door naar studie of werk. Er zijn jongeren die een aantal keer uitstromen en later weer terugkeren. Nazorg is belangrijk. Uitgestroomde deelnemers kunnen altijd terugvallen op hun voormalig begeleider van TOM.
Matthijs (25) is met plezier bij TOM. Hij is al een paar keer uitgestroomd en ook weer teruggekomen. ‘Op en af neem ik ongeveer acht jaar deel aan TOM. Aan het begin had ik moeite met uit bed komen en er om 8.30 uur te zijn. TOM heeft me geleerd dat het fijn is om eerder op te staan en wat te hebben aan de dag. Morgenochtend heb ik loopbaan als vak. Dan gaan we in op waar ik naartoe wil met school of werk. Ik vind drama het meest leerzaam. Met drama moeten we ons inleven in een ander personage. Dat inlevingsvermogen is een goede ontwikkeling voor mij.’ Matthijs voelt zich geholpen om nieuwe uitdagingen te vinden. ‘Als het werk soms toch lastig is kan ik bij TOM altijd terecht. Het is een veilige haven voor mij. Het is geen school, het is vrijwillig en het voelt als familie.’
Positieve beïnvloeding
Het gesprek met jongeren over hun toekomst is ook maatwerk. Soms past het leven niet bij de droom. Dan kan het helpen te kijken naar wat er wél mogelijk is. Peer geeft een voorbeeld: ‘Als een jongen met +7-brillenglazen uit het praktijkonderwijs zich meldt dat hij straaljagerpiloot wil worden, gaan we niet zeggen dat dit niet kan. Het is makkelijk om iemands droom stuk te maken. We kijken liever op de website van het ministerie van Defensie wat er nodig is om straaljagerpiloot te worden. Dan kom je uit bij een vwo-diploma. Iemand trekt dan zelf de conclusie dat het heel lastig wordt. Ik noem dat positieve beïnvloeding. We zoeken dan samen naar wat dan wél, straaljagermonteur bijvoorbeeld.’
Jongeren hebben geen op maat gemaakte vakken. Groepsdynamiek is een van de belangrijke ingrediënten van de daginvulling, maar er is wel maatwerk. Dit bevordert de cognitieve en sociale vaardigheden. Elke jongere heeft een vaste TOM-coach. Een van hen is Inge Gommans. ‘Ik heb zes deelnemers onder mijn hoede. Daar heb ik eens in de week individueel contact mee.’ Daar wordt de vordering besproken. Dat kan op allerlei manieren gaan. ‘Ik heb een meisje waarvoor het een grote stap is om iedere dag bij TOM te komen. Dat doen we dus niet zomaar. Ze is welkom in ons dagprogramma op momenten dat het haar lukt. Ze vindt het vak creatief bijvoorbeeld heel leuk. Als het haar lukt is ze er een paar uur bij. Samen groeien we erin.’ Dat is het Traject op Maat. Gommans vervolgt: ‘Voor de een geldt dat hij of zij met alles meedoet en voor de ander zijn er uitzonderingen omdat het anders niet lukt.’
Team
Bij het bieden van begeleiding heeft Gommans veel aan de rest van het team: ‘Het team is fijn. We laten elkaar in onze waarde en we hebben oog voor hoe de ander is. Daardoor heb je veel aan elkaar bij het begeleiden van jongeren. Ik ben heel snel, maar als ik jongeren heb die wat geremd moeten worden, roep ik de hulp in van een collega waarvan ik weet dat die daar supergoed mee is. Het matchen van elkaars kennis werkt.’
TOM is onderdeel van aanpak voortijdig schoolverlaten in de gemeente Den Bosch en sluit nauw aan op de gemeentelijke uitvoering van leerplicht. In regionaal verband is er samenwerking met andere gemeenten voor leerplicht en RMC. Dit is onderdeel van het regionaal arbeidsmarktbeleid voor de regio noordoostBrabant. Dit beleid wordt uitgevoerd door onderwijs, ondernemers en overheid onder regie van de gemeenten 'sHertogenbosch en Oss.
Vragen of opmerkingen? Neem dan contact met ons op.